Sinds de oprichting in 1999 van de Europese Uremische Toxine werkgroep (EUTox) werden grote inspanningen geleverd om de gifstoffen die zich in het lichaam van nierpatiënten opstapelen te identificeren en te kwantificeren. Momenteel beschikken we over een lijst van meer dan 140 bekende gifstoffen waarvan we de concentratie met verschillende laboratoriumtechnieken kunnen bepalen.
Op basis van fysico-chemische kenmerken worden die gifstoffen verdeeld in drie groepen:
- kleine wateroplosbare gifstoffen
- middelgrote wateroplosbare gifstoffen
- eiwitgebonden gifstoffen.
De huidige klinische behandeling van kinderen met nierfalen houdt vooral rekening met concentraties van een paar kleine wateroplosbare gifstoffen: ureum, creatinine, calcium en fosfor. In het UToPaed-project onderzoeken we ook de twee andere groepen. Studies bij volwassenen hebben genoeg aanwijzingen opgeleverd om aan te nemen dat stoffen uit die categorieën substantieel bijdragen aan de toxiciteit bij nierfalen. Het laboratorium van de volwassen nefrologie in het UZ Gent beschikt over de expertise om deze stofconcentraties met verschillende technieken (UPLC, ELISA enz.) te bepalen.