Met een MRI-scan van de foetus kan het ongeboren kind volledig in beeld gebracht worden. Zo kunnen we onder meer afwijkingen van de hersenen, het ruggenmerg en de borstkas opsporen. Een MRI van de foetus gebeurt ten vroegste op 22 weken in de zwangerschap.
De voorbereiding
Voor een MRI van de foetus moet u niet nuchter zijn. De voorbereiding op het onderzoek gebeurt op de afdeling.
Het onderzoek
Voor een MRI van de foetus meldt u zich aan bij het onthaal van de MR-afdeling. Nadien neemt u plaats in de wachtruimte.
Medicatie
Bent u tussen 22 en 30 weken in de zwangerschap, dan zullen we u vragen om voor het onderzoek medicatie in te nemen (0,5 mg Flunitrazepam®). Die zorgt ervoor dat de foetus minder beweegt, waardoor de beelden beter te beoordelen zijn. Het onderzoek duurt dan ook minder lang. De radioloog bespreekt dit vooraf met uw gynaecoloog die u hierover inlicht. De medicatie kan enkel toegediend worden als u daarmee instemt. Er wordt geen medicatie toegediend als u meer dan 30 weken zwanger bent of een tekort aan vruchtwater hebt (oligohydramnion).
Uw gynaecoloog schrijft de Flunitrazepam® voor. U haalt de medicatie bij uw apotheek en brengt ze mee naar het onderzoek.
De dag van het onderzoek meldt u zich minimaal een halfuur voor uw afspraak bij het onthaal van de MR-afdeling. Daar vermeldt u duidelijk dat u voor het onderzoek medicatie moet innemen. Een medewerker zal u dan laten weten wanneer u een halve pil Flunitrazepam® mag innemen. Dat moet ten laatste een halfuur voor het onderzoek.
De scan
In de wachtruimte zal een medewerker uw naam afroepen en u begeleiden naar een kleedcabine. Daar volgt u de instructies en verwijdert u alle metalen voorwerpen van het lichaam.
Nadien gaat u op de rug op de tafel van het MRI-toestel liggen. Die wordt in de tunnel geschoven tot u met uw buik in het midden van de tunnel ligt. Tijdens de scan zal u verschillende keren gevraagd worden om de adem in te houden. Het is belangrijk dat u deze ademstops zo goed mogelijk uitvoert en heel goed stil blijft liggen. De minste beweging kan de beelden onbruikbaar maken.
Goed om te weten
- De MRI-scanner maakt veel lawaai. Daarom moet u oordoppen en een hoofdtelefoon dragen. Uw baby kan reageren op het geluid en daardoor meer bewegen. Daar hoeft u zich geen zorgen over te maken. Het onderzoek is pijnloos voor u en de baby.
- De medewerkers die het MRI-toestel bedienen, observeren u tijdens het onderzoek. U krijgt ook een bel in de hand waarmee u hen kunt waarschuwen in geval van nood.
- Het onderzoek duurt gemiddeld 30 minuten.
Na het onderzoek
Als u Flunitrazipam® hebt ingenomen, kunt u slaperig en suf zijn. Daarom mag u de eerste vier uur na de inname niet zelf autorijden.
De resultaten
De medische beelden en de resultaten van het onderzoek worden rechtstreeks naar uw verwijzende arts gestuurd. Het duurt enkele dagen voor de resultaten verwerkt en overgemaakt zijn. Uw verwijzende arts zal de resultaten met u bespreken